Tamanu
- Botanische naam: Calophyllum inophyllum
- Plantenfamilie: Clusiaceae (Guttiferae)
- Land: Oceanië (Polynesië, Melanesië), Madagascar
- Plantendeel: Tamanu is een plantaardige vette olie uit de noten van een tropische laurierachtige.
Karakteristiek van tamanu
Deze boom uit de Guttiferae familie komt oorspronkelijk uit tropisch Azië en heeft zich geleidelijk verspreid naar gematigde streken in Azië waaronder India, Thailand en Maleisië. Op de eilanden van Melanesië en Polynesië is de boom ingeburgerd, evenals op Hawaii. Rondom Tahiti kunnen sommige eilanden bijna volledig begroeid zijn met tamanu.
De wortels van de boom houden van een zoute en zanderige bodem waardoor de boom zelfs op stranden groeit. Langs de zeekust kunnen tamanu bomen daarom effectieve windsingels vormen.
Door de eilandbevolking in Azië wordt de boom als heilig beschouwd. Voor hun bekering tot het christendom werd de boom rond de marae geplant. Marae is heilige grond waar priesters hun werkzaamheden uitvoerden.
De Calophyllum inophyllum is bekend onder verschillende namen. In India wordt de boom surpan genoemd, foraha op Madagascar, dilo op de Fiji eilanden, kamani op Hawaii en tamanu op de Polynesische eilanden. De boom wordt gemiddeld 4 tot 5 meter hoog, maar er zijn ook veel grotere exemplaren gevonden.
Het is een opvallende verschijning: een breed uitstaande vorm met een knoestige stam en een bijna zwarte schors. De naam ‘calophyllum’ (‘mooi blad’) verwijst naar de stevige glanzende bladeren. De witte bloemen geven een zoet aroma, dat vaag herinnert aan lindebloesem. De bloesem wordt gevolgd door trossen geelgroene vruchten die enigszins naar appels smaken. In de vrucht bevindt zich een harde noot met een lichtgele amandelpit. Uit deze pit wordt de olie geperst.
Naast de olie worden ook andere delen van de boom voor hun geneeskracht ingezet. Zo hebben blad, schors, vruchtvlees en hars pijnverdovende kwaliteiten. Gekneusde bladeren van de plant zijn een middel bij huid- en ooginfecties.
Oceanië is de grootste producent, maar tegenwoordig levert Madagascar ook tamanu olie.
Bijzonderheden olie
Noten worden nog steeds uit het wild verzameld, maar door de steeds grotere vraag naar de olie probeert de overheid op de eilanden in Oceanië de bomen ook op berghellingen te kweken. De verse noten bevatten nauwelijks olie.
De olie vormt zich tijdens het droogproces in de zon. Op stellingen worden de nootjes een maand gedroogd waarbij de kleur veranderd tot diep bruin en waarbij de nootjes kleverig worden door de ontstane olie. Daarna worden ze met de hand gemalen, koudgeperst uiteraard. Verse olie is groenbruin van kleur. De kleur kan variëren, afhankelijk van herkomstgebied: groenbruin – donkerbruin. Geraffineerde olie heeft een lichte kleur.
Tamanu heeft een rijke en plezierige notengeur met op de achtergrond iets van hout en aarde. In de landen van herkomst is de olie vloeibaar, maar bij ons stolt de olie door het hoge gehalte aan verzadigde vetzuren.
Inhoudsstoffen
VV’s: 89% voornamelijk palmitinezuur (15%) en stearinezuur (74%)
EOV’s: 10% voornamelijk oleïnezuur (± 10%)
* bron: Kusmirek 2002
Naast de bekende vetzuren bevat tamanu olie nog veel werkzame bestanddelen: glycolipiden en fosfolipiden, coumarine derivaten als calophyllolide en calophyllumzuren (derivaten met een ontstekingsremmende werking) en xanthonen met antibiotische werking.
Verder bevat tamanu terpeno.den en fenolische bestanddelen, waaronder benzo.zuur. Al deze stoffen dragen bij aan de geneeskrachtige eigenschappen van deze opmerkelijke olie.
De olie bevat verzeepbare stoffen en produceert een overdadig schuim bij contact met zeewater.
Eigenschappen – uitwendig
Pijnverdovend, ontstekingsremmend, huidherstellend, wondmiddel, antiseptisch, verzachtend, hydraterend.
Toepassing – uitwendig
- Als basisolie: tot 50% toevoeging.
- De olie is niet geschikt voor massage maar wel als toevoeging aan andere massageoliën, crèmes, zalven, milks en lotions. De olie is niet irriterend, ook als het puur op de huid gebruikt wordt.
Tamanu heeft opmerkelijke pijnverdovende eigenschappen waardoor de olie bij reumatische pijnen, pijn bij ischias, pijnlijke gewrichten en neuralgie (zenuwpijnen en aangezichtspijnen) ingezet wordt.
De olie heeft verder wondgenezende en huidherstellende kwaliteiten. In Oceanië is tamanu een middel bij praktisch alle huidproblemen. - De olie wordt zeer goed door de huid geabsorbeerd. Op Fiji werd de olie toegepast bij leprawonden en de bijbehorende neuritis.
Op Fiji en Samoa werd de olie gebruikt bij het genezen van zweren. Toegepast bij (net gesloten) wonden zorgt tamanu voor nieuw en gezond huidweefsel zonder groei van keloïd. Voeg 10% tamanu toe aan goede kokosolie bij verzorging van wonden, korstjes, en verbrandingen.
Eventueel aan te vullen met calendula en/of sint-janskruid maceraat. De olie wordt ook aangeraden bij spataderzweren, leprazweren, doorligwonden en anale fistels. De olie alleen al werkt als een kiemdodende stof dat infecties voorkomt. De olie is succesvol toegepast bij verbrandingen door kokend water en chemische stoffen. - Op de huid is tamanu olie een eerste keus olie bij gebarsten huid op handen en voeten, kloven, verbrandingen en postoperatieve wonden.
Het kan zeer goed in crèmes en lotions worden verwerkt: bij de behandeling van psoriasis, eczeem en uitslag, in na het ontharen crèmes, after sun milks, in een mengsel bij tepelkloven en in middelen tegen insectenbeten.
Een bijzondere werking heeft tamanu bij gordelroos. Daar komen de sterke ontstekingsremmende en pijnverdovende eigenschappen van tamanu goed tot hun recht. Rose (1999) stelt bij dit probleem een mengsel voor van 25% tamanu, 25% walnoot, 40% jojoba en 10% ravintsara essenti.le olie. Goed mengen en 2 x daags opbrengen.
Ander gebruik
Tamanu wordt over het algemeen niet inwendig gebruikt.
Waarschuwing
Na opening is tamanu een jaar houdbaar.
Bewaar de olie in de koelkast bij onregelmatig gebruik.